Onderzoek heeft aangetoond dat er een niersteen aanwezig is in uw urineleider. In overleg met uw arts is besloten deze steen via een operatie (uretero-renoscopie) te verwijderen. Deze folder geeft u een globaal overzicht van de gang van zaken bij een uretero-renoscopie. Het is goed u te realiseren dat de situatie voor iedereen weer anders kan zijn.
De urineleider (ureter) is de afvoerende buis tussen de nier en de blaas. Het zorgt voor het transport van de urine van nier naar blaas. Als er een klein steentje in de urineleider zit, wordt dit over het algemeen vanzelf uitgeplast. Bij een grotere steen kan een ingreep nodig zijn. De steen wordt vergruist en/of verwijderd door een operatie. De operatie noemen we uretero-renoscopie. Bij deze ingreep brengt de arts een dun hol buisje (uretero-renoscoop) via de plasbuis en blaas in de urineleider. Als de uretero-renoscoop op de plaats van de steen is, wordt de steen met speciale instrumenten verwijderd.
Zijn er alternatieven?
Om grotere stenen te verwijderen was vroeger altijd een operatie nodig waarbij de urinebuis wordt geopend. Tegenwoordig is het in veel gevallen mogelijk stenen in de urineleider te vergruizen met een niersteenvergruizer. De kleinere deeltjes van de steen worden dan vanzelf uitgeplast. Als een behandeling met een niersteenvergruizer geen resultaat heeft gehad of als deze methode niet zo geschikt voor u lijkt, kan worden gekozen voor uretero-renoscopie. Als de steen zo groot is dat deze de afvoer van urine verhindert, wordt meestal eerder gekozen voor uretero-renoscopie, omdat de kans op infecties of een verminderde nierfunctie bestaat. Een andere reden voor een uretero-renoscopie kunnen heftige aanvallen van buikpijn zijn, die langere tijd bestaan.