Wanneer u pijn hebt aan uw gewrichten, bespreekt u eerst de klachten met uw huisarts. Afhankelijk van uw leeftijd en het stadium waarin de artrose is gevorderd, verwijst uw huisarts u door. Bijvoorbeeld naar een fysiotherapeut, orthopedisch chirurg of een reumatoloog.
Artrose kan niet worden genezen. De behandelingen zijn gericht op het bestrijden van de pijn. De volgende behandelingen kunnen de pijn bij artrose verlichten:
- Fysiotherapie. Een fysiotherapeut kan u helpen om goed te leren bewegen. Veel mensen bewegen, zonder dat ze het weten, op een verkeerde manier. Een fysiotherapeut kan u oefeningen geven om uw gewrichten soepel te houden;
- Pijnstillende medicijnen: deze kunnen ingenomen worden om de pijn als gevolg van de artrose te verlichten;
- Ontstekingsremmende medicijnen: deze kunnen helpen als er bij artrose tevens een ontsteking in de gewrichten aanwezig is. Meestal worden deze medicijnen periodiek gebruikt;
- Hormooninjectie: in uiterste gevallen kunt u ook een injectie van bijnierschorshormonen (corticosteroïden) in het pijnlijke gewricht krijgen. Dit vermindert de pijn door sterke ontstekingsremming;
- Kijkoperatie: via een kleine operatie kan het pijnlijke gewricht worden ‘schoongemaakt’. Uw gewrichtsoppervlakken worden weer glad gemaakt en loszittende stukjes worden uit het gewricht verwijderd. Deze relatief kleine ingreep kan de pijn soms verlichten. Het positieve effect blijkt echter vaak van korte duur;
- Operatie: als niets meer helpt om de pijn te bestrijden, kan een operatie sterke verbetering brengen. Het versleten gewricht wordt dan vervangen door een kunstgewricht, zoals een heupprothese of knieprothese. Een nadeel van een prothese is dat deze ook aan slijtage onderhevig is en dus soms na een, weliswaar groot, aantal jaren weer vervangen moet worden.